Op avontuur in de polder: De Eilandspolder
In de herfst en in de winter is de Eilandspolder magisch. De glinstering van de zon op het water met daartussen de kleine kenmerkende eilandjes van veengrond omringd door riet, is een schilderachtig tafereel. Niet voor niets is dit een gewilde plek voor bijzondere broedvogels en zeldzame plantjes. Hoe vredig en rustig de polder nu is, zo roerig is haar geschiedenis.
Geschiedenis
Middenin de roerige wateren lag een eiland, genaamd ‘Schermereiland’. Het eiland werd in de 13e eeuw bedijkt, dus de geschiedenis gaat ver. De dorpjes op het eiland waren veelal vissersdorpen. De Rijp is hier een mooi voorbeeld van. Als u door de kleine straatjes van het dorp loopt kunt u zich levendig voorstellen hoe de vissers hier aanmeerden na een lange dag op zee, ruikend naar zilte lucht en de gevangen vis. Voor de boeren op het eiland was het ploeteren vanwege ‘de natte voeten’. Het was Jan Adriaanzoon Leeghwater (1575 -1650) die verandering bracht. Leeghwater was een waterbouwkundige die leefde in de Gouden Eeuw. Hij werd geboren in De Rijp en verdiende zijn plaats in de vaderlandse geschiedenis als geniaal molenbouwer en ingenieur. Het Land van Leeghwater bestaat uit veenweiden en droogmakerijen. Toen Leeghwater werd geboren waren deze veenweiden kwetsbare eilanden te midden van grote wateren. Leeghwater ging de uitdaging aan om ‘zijn’ eiland en dorp tegen het water te beschermen.
Door het droogleggen van de meren wilde hij nieuwe welvaart brengen. Bij de bedijking van de
Beemster (1612) was hij betrokken als opzichter bij het maken en stellen van de 26 molens, die het meer droogmaalden. Net zoals bij de Purmer (1622), Heerhugowaard (1625), de Wormer (1626), de Schermer (1635) en de Starnmeer (1643). Voor het raadhuis van De Rijp maakte hij het bestek en de tekeningen. Hoe Leeghwater aan zijn naam kwam? Hij maakte van hoog water laag water en al spoedig veranderde dit ‘laag water’ in de naam Leeghwater. Door de drooglegging veranderde de boerengrond langzaam in
tuindersgrond.
Ard Schenk is iemand die veel in de Eilandspolder te vinden is. De Olympisch- en Wereldkampioen schaatsen was tot voor kort woonachtig in Grootschermer. Terwijl Ard zijn espresso drinkt begint hij enthousiast te vertellen over het gebied. ,,Vroeger had men hier net te veel om te sterven, maar te weinig om van te leven. Doordat er veel per boot moest gebeuren was ‘boeren’ en ‘telen’ een tijdrovende klus. In de eeuwen die volgden verlieten de boeren de polder. Toen nam de natuur weer langzaam de overhand.”
Vandaag de dag
,,Een groot deel van de Eilandspolder is in de jaren 50 opgekocht door Staatsbosbeheer. De Eilandspolder is nu voornamelijk veenweidegebied. Er zijn veel bijzondere weidevogels, zoals de kievit, tureluur en de grutto. Er zijn ook talrijke watervogels zoals de smient en de taling. Het gebied is ook van groot belang voor de Noordse Woelmuis*, waarvan er veel te vinden zijn in dit gebied. Vroeger werd er hier veel geboerd en brachten de boeren de koeien met bootjes naar het land. Nu wordt het land beheerd door boeren die hoofdzakelijk buiten de polder hun bedrijf hebben. De moeilijkheid is om het land te beheren op een manier die goed is voor de natuur, maar past in de moderne tijd. Staatsbosbeheer, als eigenaar van veel grond, zou daar meer sturing aan moeten geven.” Het waterrijke gebied is inmiddels een Natura 2000-gebied, dit houdt in dat het beschermd is. Desondanks waren er e en aantal jaren geleden plannen om enkele megastallen te realiseren in de polder. Inmiddels is dit plan geseponeerd en is de Eilandpolder nog steeds een beschermd natuurgebied, wat onderhouden wordt door de boeren die er nog wonen, door vrijwilligers en door Staatsbosbeheer. Ard heeft zich een aantal jaren geleden aangemeld als vrijwilliger bij Staatsbosbeheer en trekt één keer per maand de polder in met een clubje vrijwilligers. Onder begeleiding van de boswachters plegen ze onderhoud aan de kleine eilandjes. ,,Dit zijn altijd mooie dagen. We starten vroeg en beginnen de dag met koffie en taart. Daarna trekken we met een boot en een maaimachine de polder in en halen het riet weg. Door het herstellen van de biodiversiteit voorkomen we dat er een monocultuur ontstaat. Hierdoor hebben planten zoals bijvoorbeeld veenmos de kans om weer te groeien. Het is prachtig om te zien hoe sterk de natuur is wanneer er goed mee wordt omgesprongen. Het behouden van de natuur wordt steeds meer een algemeen belang”, aldus Ard , die tot slot nog een tip wil geven: ,,Trek de wandelschoenen eens aan om het Kerkenpad te lopen. Een wandelpad van Noordeinde naar de kerk in De Rijp. Een aanrader voor iedere natuurliefhebber.”
HET BEHOUDEN VAN DE NATUUR WORDT EEN ALGEMEEN BELANG- ARD SCHENK
Eiland
In tegenstelling tot de meeste polders was de Eilandspolder vroeger een eiland, genaamd ‘Het Schermeereiland’. Andere kleine eilanden waren Markenbinnen, Oterleek, de Mijzen en de Matten.
De Rijp
De Rijp was in de zeventiende eeuw het welvarendste dorp van het voormalige Schermereiland, mede vanwege de walvisvaarderij. Het is nog steeds één van de mooiste dorpen van Noord-Holland en ook het culturele hart van het Land van Leeghwater. De Rijp is een goed voorbeeld van een Noord-Hollands dijk- en polderdorp. Vanwege haar fraaie architectuur en typerende stedenbouwkundige opzet is het aangewezen tot Beschermd Dorpsgezicht.
Veengrond
Veengrond is een grondsoort, die is opgebouwd uit gehumificeerd plantaardig materiaal. Deze natte, sponsachtige grondsoort is gevormd door afgestorven planten in moerassen.